MOTURIST home English
tape, tiewraps en tent-rubbers
een extra lang weekend landmarks scoren met de V7
klik voor een grotere afbeelding
Toen "Wimj" in maart 2007 een topic op het MGCN Forum plaatste dat hij op de uitkijk was naar een meerijder voor een Noord-Frankrijk-Landmark-reisje, was voor mij de keus snel gemaakt om op zijn minst eens kennis te maken. Dat gebeurde al gauw toen Wim in Noord Nederland rondtoerde voor de noordelijk landmarks en van de gelegenheid gebruik maakte bij mij in hartje Groningen-stad een kop koffie te komen drinken. Het bleek dat onze neuzen aardig dezelfde kant op stonden en er werden wat los-vaste afspraken gemaakt. Die afspraken werden in de loop van de tijd steeds concreter, totdat we uiteindelijk op 24 mei 's ochtends om kwart over negen uit Zuid-Scharwoude vertrokken met het zeer ambiteuze plan in 5 dagen 29 landmarks te scoren, te beginnen in Maassluis tot in meest afgelegen uithoeken van Bretagne.
24 mei, donderdag: zon en zeelucht

's Ochtends om kwart over zeven uit Groningen vertrokken, op weg naar Wim's woonplaats Zuid-Scharwoude. De lucht is strak blauw en het belooft een schitterende dag te worden. Bij Wim eerst nog even een kop koffie gedronken, de plannen nog eens doorgenomen en toen .. op weg .... Wim voorop, met zijn GPSje op de tanktas, ik er achteraan. Ik kan nu alvast verklappen dat zonder Wim's feilloze navigatie deze reis mij heel wat minder landmarkpunten en heel wat meer hoofdbrekens zou hebben opgeleverd.
vertrek uit Zuid Scharwoude
Wim op zijn Honda VFR, ik op mijn ouwe trouwe V7 850 California (met dank aan Wim's echtgenote voor de foto).
Het begin van onze reis verloopt zonder bijzonderheden, over de snelwegen door de Randstad richting Maasssluis. Het eerste LM van de dag is vlot gevonden. Rond kwart over elf staat de Wateringse Sluis op de foto. Het is inmiddels bloed heet en ik ben blij als we weer rijden, nadat we eerst met het pontje de Maas zijn overgestoken naar Rozenburg. We vervolgen onze route over de N57 door Zeeland richting Domburg, waar we om kwart voor één het Badhotel bereiken: LM 110. LM 114, de Wateringse Sluis, Maassluis
LM 111, monument Van Dale, Sluis
LM 110, Badhotel Domburg
LM 114:
de Wateringse Sluis te Maassluis
LM 110: het Badhotel Domburg
Verder gaat het, via de Westerschelde tunnel naar Zeeuws-Vlaanderen, over steeds mooiere weggetjes naar Sluis. Hier staat een borstbeeld van Sluis' beroemdste zoon: de woordenboekenschrijver van Dale: LM 111. Inmiddels is het kwart over twee, tijd voor pauze met koffie en gebak. Geen probleem in Sluis, waar een behoorlijk aantal terrasjes voorhanden is en een ruime parkeerplaats speciaal voor motoren.
LM 111: monument "van Dale" in Sluis
Nadat we ook de motoren van het nodige drinken hebben voorzien gaan we al snel de Belgische grens over, een lastig stukje ligt voor ons met nogal wat vrachtverkeer en een aaneenschakeling van stadjes en steden. Om kwart voor vijf staan we bij de Dodengang van Diksmuide, het vierde LM vandaag. Het is een stelsel van loopgraven waar tijdens WO I enorme aantallen Vlaamse soldaten omkwamen, was het niet door de strijd, dan was het wel door ziektes en uitputting. Een vreemde gedachte om daar nu de zo keurig gereconstrueerde verdedigingswerken te zien liggen, bakkend in het zonnetje.
LM 10, de Dodengang bij Diksmuide Uit het vooronder van de V7 klinken steeds verontrustender geluiden. Iets resoneert hevig bij bepaalde toerentallen. Het blijkt de claxon, waarvan het ophangbeugeltje op knappen staat. Dan maar helemaal afbreken en op één of andere manier tijdelijk herbevestigen. Blijkt dat die dag de toegang tot de Dodengang door een Guzzi-rijder wordt beheerd, die wel een rol tape heeft, waarmee de claxon stevig aan het frame wordt geplakt. Zolang het weer droog blijft zal dit wel houden. LM 75, de ruine van de abdij bij Watten
LM 10: de Dodengang bij Diksmuide.
Ik begin de uren in het zadel nu toch wel te voelen, maar één landmark moet nog wel lukken vandaag, m'n eerste in Frankrijk. Om even over zessen staan we bij een bizarre vertoning op de heuvel boven het dorpje Watten. Hier staat verloren achterop een boerenerf een reusachtige ruïne. Even vragen bij de boerderij, een aardige mevrouw wijst ons hoe we over het erf bij de "abdij" kunnen komen, LM 75. Ongelooflijk hoe zo'n stuk cultureel erfgoed daar ligt te vervallen tussen stront en oud ijzer.
LM 75: de ruine van een abdij bij Watten.
Na het maken van de vereiste foto's vinden we, op aanwijzing van dezelfde aardige mevrouw, al gauw de lokale camping. Prima in orde, sanitair OK, maar verder helemaal niks, ook niet in het stadje Watten zelf. Na inspectie van zo'n beetje het gehele dorp treffen we uiteindelijk één geopende friture, waar Wim iets vaags eet, waarin een paard verwerkt is, ik beperk me tot een sandwich met kaas, salade en veel mayo. Daarna wordt toch nog veel goed gemaakt in die ene geopende kroeg, die een "Bar-Motard" bleek te zijn. Genietend van een paar welverdiende biertjes hebben we de toestand van de wereld in het algemeen en die van Watten in het bijzonder grondig geanalyseerd. Rond half twaalf gaat de waardin demonstratief in de weer met tafeltjes en rolluiken. Zou dit een hint zijn? Nog voor twaalven genieten wij een welverdiende nachtrust.

Vandaag heb ik 601 km gereden en 60 punten gescoord.
vuurtoren van Cap Griz Nez
25 mei, vrijdag: vuurtorens en kastelen

Als ik 's morgens om half zeven wakker wordt, blijkt Wim al op en al z'n spullen zijn al ingepakt en opgeladen! Na een verse kop koffie en een paar wat minder verse sandwiches kunnen we op weg. Een lekker fris ochtendritje van minder dan een uur brengt ons bij het eerste landmark van vandaag, LM 79: de vuurtoren van Cap Griz Nez. Nadat we even vanaf de kaap over de zee hebben uitgekeken, gaan we op weg naar de tweede vuurtoren van deze rit, die van Le Hourdel, op een schiereiland in de Baai van de Somme. Deze rit van bijna 120 km over prachtige binnenwegen met wijde bochten, door een licht golvend gebied, kost ons ruim twee uur, zodat we om half twaalf onze foto's van LM 84 kunnen maken. De zon staat hoog aan de haast wolkenloze hemel en het is tijd voor koffie en water.
de vuurtoren van Le Hourdel
het haventje van Le Hourdel
LM 79: de vuurtoren van Cap-Griz-Nez.
LM 84: de vuurtoren van Le Hourdel.
Het haventje van Le Hourdel, duidelijk ingesteld op flinke getijdenverschillen!
Na een uurtje pauze gaat het verder, door een prachtig golvend landschap, naar het zuiden. Na anderhalf uur bereiken we LM 83, een kasteel even buiten het dorp Beuvreuil. Even goed de ogen open houden, maar dan is het toch vrij gemakkelijk gevonden. Weer een historisch gebouw achterop een boerenerf. Heel mooi, parkachtig verzorgd dit keer, maar het hek is dicht en we moeten een beetje afstand nemen om alles goed op de foto te krijgen. Vanaf hier reizen we door een verrassend gevarieerd landschap voorlopig overwegend naar het Westen, naar het Normandisch schiereiland. Echt opschieten doet het niet op de binnenwegen, want we doen twee uur en drie kwartier over de 145 km naar het volgende LM. Geeft niet, want het is puur genieten! Tegen vijven vinden we even buiten Berville-sur-Mer het Château de la Pommeraie, LM 56.
het kasteel bij Beuvreuil
kasteel bij Berville-sur-Mer
kasteel bij St Pierre-du-Mont
LM 83: het Château bij Beuvreuil.
Aangezien de reis vandaag eerder verkwikkend dan vermoeiend is, kan er nog wel een landmark bij, dus verder gaat het naar het westen.
LM 52: Château bij  St Pierre-du-Mont.
LM 56: het Château bij  Berville-sur-Mer.
Ondanks dat we een behoorlijk stuk snelweg in de route opnemen, doen we toch bijna drie uur over de volgende 135 km naar LM 52, het kasteel bij St. Pierre-du-Mont. Vanaf het kasteel rijden we nog zo'n 15 km door, naar het plaatsje Grandcamp Maisy, waar we overnachten op een suffe kom-moeders-we-gaan-dit-weekend-naar-de-caravan-camping. Het prima sanitair en excellente eten in het restaurantje aan de haven maakt alles goed.

Vandaag hebben we 570 km gereden en 100 punten verzameld.
26 mei, zaterdag: oh the winds, the winds are changing

Al slaap ik deze nacht als een blok, rond het ochtendkrieken wordt ik even wakker van een krachtig geruis van wind in de bomen. Hmm, daar staat iets te komen!  Uiteindelijk valt het bij het opstaan allemaal reuze mee. Er komt van zee weliswaar bewolking binnen drijven, slecht is het weer bepaald niet en die bomen, die blijken bij het minste of geringste zuchtje al te ruisen alsof er een orkaan is opgestoken. Rond negen uur verlaten wij Grandcamp Maisy op weg naar de Raz-de-Barfleur, de Noord-oostelijke kaap van Normandië, waar we na een uurtje prachtig rijden aankomen om LM 68, de Phare de Gatteville, op de kiek te zetten. We rijden van de kaap terug naar het dorpje Gatteville en houden daar een korte pauze bij de plaatselijke bakker, voor een ontbijtje.
Phare de Gatteville, Raz de Barfleur Le Mont St Michel
Dan gaan we op weg voor een fraaie rit van ruim 170 km haast pal zuidwaards, dwars over het Normandisch schiereiland, op weg naar Le Mont St Michel, de poortwachter van Bretagne. We maken goede voortgang en staan na ruim twee uur en een kwartier op de toegangsweg tot de oude abdij. Het wordt hier op de vlakte tamelijk winderig en we maken daarom snel onze foto's en zoeken dan een eind terug een uitspanning voor een korte pauze voor overleg en het herschikken van de kaarten.
LM 68: Phare de Gatteville
Verder gaat het, precies 200 km naar het Westen. Een flink deel van de route voert nu over de snelweg. Een kleine drie uur doen we erover om Perros-Guirec te bereiken aan de "granieten kust" van Bretange. Midden in het oude centrum staat een kerkje gebouwd uit roze graniet en met de fraaie naam St Jacques le Majeur: LM 53. Het is een monument uit de tijd dat de stad een pleisterplaats was op de pelgrimsroute naar St Jacob van Compostella. Als we aankomen is er net een trouwerij gaande, leuk, maar niet zo'n goed idee om nu plomp verloren het terrein op te rijden. Dus maar even foto's maken vanaf de straat.
LM 67: le Mont St Michel
Er is nog mooi tijd over voor een vierde landmark. Zo'n 150 naar het westen eindigt het land in een gebied van kliffen en fjord-achtige zeearmen, die ze daar Aber noemen. Om schepen veilig de Aber Ildut binnen te loodsen is op de kaap ernaast een lichtbaken gebouwd: de Phare d'Aber Ildut. Schippers moeten vanaf zee het licht op een bepaalde manier oplijnen en weten dan veilig tussen de klippen door te varen. Om zeven uur zetten we het baken op de foto en gaan dan gauw op zoek naar de lokale camping.
St Jacques le Majeur, Perros Guirec Lanildut, Phare d'Aber Ildut
LM 58: het bizarre lichtbaken Phare d'Aber Ildut bij Lanildut.
LM 53: het kerkje St. Jacques le Majeur in Perros-Guirec.
Op de heuvels boven het dorp, verscholen tussen windbrekers en hakwalletjes ligt de Camping Municipal, waar we voor een habbekrats overnachten. Via een voetpad lopen we in een paar minuten terug naar het dorp, op zoek naar voedsel. Het restaurant van voorkeur bij de haven blijkt vol, dus weer terug naar het dorp gewandeld waar we toch nog aardig goed te eten krijgen in de plaatselijke crêperie. Wim kan zelfs bij de Tabac aan de overkant van de straat een doosje van zijn favoriete Nederlandse sigaartjes scoren, een doosje dat een Triest Lot te wachten staat.
Amper lig ik in m'n slaapzak of het begint te regenen, kort daarna staat de hele tent te schudden in de wind. Hmmm, straks zakt de stander van m'n motor in de -door water zacht geworden- bodem. Tsjee, had ik die haringen maar iets secuurder vast gezet, toch maar even iets aan doen. Lig ik eindelijk weer min of meer droog in m'n bedje, moet ik zeiken als een makke beer .... het wordt een lange nacht.

Vandaag hebben we 601 km gereden, goed voor 95 punten.
27 mei, zondag: zout, zand en hemelwater

's Ochtends is het zwaar bewolkt en stormachtig. De campingbeheerder komt ons waarschuwen, er is een weer-alarm voor heel Bretagne, motorrijders moeten rekening houden met storm en rukwinden. Joegéé, we gaan vandaag van de ene kaap van Finistère naar andere. In ruim drie uur worstelen we ons door 150 km wind en regen naar de Pointe du Van, waar de weg naar LM 59, de Chapelle St They, met een boom is afgesloten. We rijden in arrenmoede maar een weiland in boven de kapel, net ver genoeg om het dak duidelijk herkenbaar in beeld te krijgen. Gauw, om de beurt foto's maken, de ander houdt Wim's motor vast, zodat die niet omwaait (nu is de ouwe Guzzi eens een keer in het voordeel met z'n lange zijstander). Even later zoek ik in het dorp een beschut plekje om de boekhouding te doen (km-stand, tijd etc), water loopt van m'n gezicht, het is zout, dit is geen regen, dit is sea-spray. Vanaf hier gaat het voorlopig voor de wind en grotendeels over de snelweg naar het Oosten, richting Quiberon, het keerpunt van onze reis is achter de rug.
Chapelle St They bij Lescleden het schiereiland Quiberon
Had ik me eerder in de verstilde dorpjes wel eens afgevraagd waar alle Fransen toch zitten, nu weet ik het, ze zijn allemaal op weg naar Quiberon! Vraag me niet waarom, maar twee -kilometers lange- files begeven zich vanaf Plouharnel stapvoets over de landengte van Penthièvre naar- en van het schiereiland. We rijden nu naar het Zuiden, dwars op de wind, die hier zo sterk is dat het me niet lukt strak tussen de files door te rijden. Na verloop van tijd geef ik het op, sluit aan in de rij en sukkel moeizaam richting LM 73, en-passant een stevige zandstraal-beurt ondergaand.
LM 59: Chapelle St. They op de Pointe du Van.
Het schiereiland Quiberon.
Wim is -zoals meestal- vlotter vooruit gekomen en hij wacht me op bij de ingang van het stadje Quiberon. Het haventje, waar LM 73 zich moet bevinden, is vlot bereikt. We rijden, onder luid gehuil van de storm in het tuig van de zeilboten, naar het vuurtorentje op het einde van de pier. Het LM zit niet waar we het verwachten, maar is desondanks snel gevonden. Terug nu, naar het vaste land, weer gezandstraald, weer die file, gelukkig gaat die op de terugweg een stuk soepeler dan heen.
De derde etappe vandaag voert weer grotendeels over de snelweg, langs Rennes naar Fougères. Net op het drukste deel van de route, bij de snelwegknooppunten van Rennes, vraagt de ouwe Guzzi om wat extra aandacht: de (nieuwe) koppelingskabel knapt. Geluk is altijd met de dommen en precies bij een vluchthaventje lukt het me Wim's aandacht te trekken en even later herstel ik de kabel met een schroefnippeltje, terwijl een hoosbui losbarst, zodat ik bij het inpakken een halve liter water uit m'n gereedschaprol kan gieten. Nou ja, het was tenmiste geen sneeuw of hagel. We rijden de laatste 50 km naar Fougères in de stromende regen en stoppen om een uur of acht bij het eerste het beste hotel aan de rand van het centrum, het hotel Les Vouyageurs (onthoudt die naam). Ja, ze hebben twee kamers vrij en ja, de motoren kunnen binnen staan in de garage en nee, het is niet erg dat er nu een flinke plas water ligt waar wij stonden bij de receptie. De patron blijkt zelf motard te zijn, het hele hotel is gedecoreerd met afbeeldingen van grote Amerikaanse motorfietsen. 's Avonds genieten we een goed maal in een Tunesisch restaurant, 's nachts een goed bed en 's ochtends een aardig ontbijt.

Vandaag hebben we 558 km gereden en 60 punten gescoord.
Port-Haliguen
LM 73: de vuurtoren en de pier van Port Haliguen.
Pllaquette voor de terugkeer van Capt. Dreyfuss, Port Haliguen
LM 73: Plaquette voor Cap. Dreyfuss in Port Haliguen.
28 mei, maandag: vallen, opstaan en afscheid nemen

Gisteren, tijdens de vele km's snelweg, heb ik verzonnen hoe ik de claxon kan fixeren. Het Belgisch tape waarmee hij nog steeds aan m'n frame geplakt zit, is gisteren kletsnat geworden en staat op punt van losscheuren. Met een tent rubber en een handvol tiewraps maak ik een "mandje" waarmee de toeter veilig aan het frame kan worden gewrapt. Na dit klusje, plus een tankstop, kunnen we op weg naar het nabij gelegen LM  64. Gek genoeg weet niemand in het hotel ons te vertellen waar dit neolithisch monument te vinden is, maar eenmaal onderweg worden we al gauw door wegwijzers de goeie kant opgewezen, 't blijkt een makkie.
de Cordon des Druides, bij Fougères Verborgen in de bossen bij Fontenais les Louvets, 130 km naar het Oosten, staat ergens een houten kruis, dat op de foto moet. Het is regenachtig, de wegen glibberig, dat merk ik goed wanneer ik in een stadje, na een bocht, geconfronteerd wordt met een oude man midden op een zebrapad. Hij twijfelt zichtbaar, doorlopen? wachten? Ik heb weinig keus en moet in de remmen. HAP zegt de verregende trommelrem,  schraaaap zegt de ouwe Guzzi op het asfalt. la Croix Madame bij Fontenais les Louvets
LM 77: la Croix Madame in de bossen bij Fontenais les Louvets..
LM 64: Fougères: Cordon des Druides.
la Croix de la Tasse bij Abondant
De grijsaard komt behulpzaam assisteren bij het rechtop zetten van de motor. De bocht blijkt spekglad door water en iets olie-achtigs. De schade valt mee, wat krassen en schrammen, een gebroken knipperlicht-steuntje cum koplampbout. Even een sigaartje roken, dan de loshangende lampen met tiewraps (Wim heeft een hele zakvol bij zich) fixeren. De richting-aanwijzer werkt soms wel, soms niet, maar verder functioneert alles nog. Ook mijn vertrouwen in mezelf en in m'n Guzzi heeft een paar fikse krassen opgelopen.

Na een uurtje bereiken we LM 77, la Croix Madame op een kruising van boswegen  bij Fontenai-les-Louvets. Na het maken van de foto's nemen Wim en ik afscheid, Wim wil vandaag nog thuis komen, ik heb nog een dagje uitloop en wil eerst wat dingen aan de Guzzi verbeteren (de koppelingskabel staat alweer op knappen en de tiewraps glippen van het knipperlichtje af). We roken nog een sigaartje, het doosje van Wim blijkt helemaal doorweekt. Het was een plezier en een voorrecht om met Wim te rijden en met een hol gevoel in m'n maag zie ik hem in de verte verdwijnen.
LM 57: Abondant: La Croix de la Tasse.
Na een kwartiertje klussen ga ik op weg richting Abondant voor LM 57, weer een kruis in de bossen. Ik bereik het kort na drieën, juist als er een helse hoosbui losbarst. Zo kan ik de camera niet pakken en ik wacht in arrenmoede een half uur verscholen onder de bomen tot het ergste voorbij is. Met m'n handdoek over de helm als afdakje maak ik eindelijk m'n foto's en kan dan verder. De rest van de dag verloopt grotendeels in de regen, soms hagel. Tussen de buien door is het wel eens even droog, maar nooit lang. De binnenweggetjes in de buurt van LM 76 zijn hier en daar ondergelopen, vol glibberige klei-blubber en steenslag. Het schiet allemaal niet op en ik rij in een stortbui ergens met motor en al een bushokje binnen, waar ik een half uurtje schuil tot het ergste over is. Vlak daarna loop ik vast op een route barrée, sporen tonen dat een dapperder motorrijder eerder deze hindernis wel genomen heeft. Ik zie daar van af en vind uiteindelijk na een (mooie) omweg het Château St Cyr, LM 76. Ook nu maak ik de foto's met de handdoek-afdakje truc. Vanaf hier zoek ik de snelweg op en om acht uur sta ik in een hotel bij St Quentin uit te druipen.

Vandaag heb ik toch nog 561 km gereden en 90 punten erbij gehaald.
het Château St Cyr bij Lavilletertre
LM 76: Château St Cyr bij Lavilletertre
29 mei, dinsdag: thuisreis

De ochtend brengt zonneschijn, tussen enorme zwarte donderwolken. Ik doe het vanochtend rustig aan en ben pas tegen tienen opweg, nadat ik eerst de diverse tapes, tiewraps en tentrubbers heb geïnspecteerd. Landmark 48 bij Fonsommes is vanuit St Quentin-Zuid in een half uurtje bereikt, jammer genoeg mag ik het terrein niet op met de motor, dan maar een foto van het info-bord bij de ingang.
bronnen van de Somme bij Fonsommes
Het weer blijft droog en om nog even te genieten neem ik de binnenweg naar Cambrai. Even voor Cambrai moet de V7 op reserve, geen punt toch, met een grote stad binnen vijftien km? Het eerste tankstation in Cambrai blijkt een 24/7 automaat die mijn kaart niet slikt. Even aan een voorbijgangster gevraagd, en ja, er is een tankstation een minuut of vijf rijden, de verkeerde kant op. Het blijkt ook een 24/7 automaat, die mijn kaart niet slikt. Een behulpzame Fransman probeert het ook even, maar nee, ook een Archeosite bij Aubechies
LM 3: Domvs Romana (Archeosite) bij Aubechies.
landsman krijgt het pomp-kreng niet aan de praat. Wèl weet hij een andere pomp, mèt bemanning, tien minuten rijden van hier, maar wel de goeie kant op. Op m'n laaste litertje tuf ik uiteindelijk de petroleum oase binnen en opgelucht rij ik even later op de A2 richting België. Tegen één uur ben ik bij Aubechies, het dorp van LM 3, en wat kom ik tegen vlak voor het LM? Een route barrée! Een wegwerker zet vrolijk lachend een shovel opzij, zodat ik er langs kan en een minuut later sta ik bij het Domvs Romana, even pauze. De weg naar Geraardsbergen / Oudenberg is amper 50 km, maar lijkt eindeloos, wegwerkzaamheden en opstoppingen kosten me veel tijd en pas om half drie zet ik LM 8 op de foto: het Maria kapelletje van Oudenberg.
     Het kost me enige moeite vanaf Oudenberg de juiste binnenweg te vinden, moet ik misschien ook maar aan de GPS?  Ik wil via Aalst en Dendermonde naar de A14. Dit blijkt niet zo'n handige keus en ik loop weer hopeloos vast in het taaie Belgische verkeer. Eenmaal op de A14 gaat het vlot, maar bij Antwerpen lijkt tegen vier uur de avondspits al te beginnen.
LM 48: de bronnen van de Somme bij Fonsommes.
de Maria kapel van Oudenberg
de Lambertus kerk van Raamsdonk
Terwijl ik kruip-door-sluip-door tussen de files Antwerpen doorkruis, besluit ik dat het mooi is geweest. Ik hou nog een pauze voor Breda en pik daarna alleen het aan de snelweg gelegen LM 103 bij Raamsdonk nog even mee.  De rest van de route tot Groningen is weliswaar druk, maar nagenoeg filevrij en om negen uur rol ik de ouwe trouwe V7 Cali naar z'n vaste plekje in de garage.
LM 8: de Maria kapel van Oudenberg.
LM 103: de Lambertuskerk van Raamsdonk.
Vandaag reed ik 618 km en bezocht 4 landmarks goed voor 50 punten.
Het was een schitterende reis. Bretagne was echt een eye-opener, absoluut de moeite waard voor een wat langere vakantie. En ook andere delen van Noord-Frankrijk, waar ik eigenlijk niet zo'n hoge pet van op had, vielen me meer dan 100% mee. We vertrokken met het plan in vijf dagen te gaan voor 29 landmarks, volgens het principe "we zien wel waar het schip strandt" en we gaan vooral voor de ver weg gelegen LM's. De dichter bij huis gelegen LM's kunnen we altijd later nog oppikken. Voor mij werden het uiteindelijk 24 LM's in zes dagen. Twee bij Le Mans hebben we zondag in de regen links (rechts) laten liggen. Ik heb er drie in België laten zitten, daar had ik er wel een paar van kunnen meepikken, maar dan had ik er geen plezier meer in gehad en plezier is voor mij toch het hoofddoel van motorrijden.

En de oude V7? Ach, die heeft zo zijn beperkingen, als je daarmee kunt leven is het een hele fijne reis-motor. De kleine grondspeling wreekt zich in sommige bochten, evenals de beperkte hoeveelheid rubber die er aan de weg is. Even razend snel inhalen zit er niet zo in, het beperkte remvermogen noopt tot een zeer defensieve rijstijl, enorm anticiperen en flink afstand houden. Dat het toch even mis ging was denkelijk pure pech, ik reed rustig en Wim vertelde dat hij op dezelde plek -zonder remmen- ook al even glibberde.

Ik zou het zo weer doen, maar wel met een betere tent, mijn Perry Sport ding is lastig op te zetten en niet strak te spannen, dat heeft me een nacht slaap gekost. Ik overweeg nu toch serieus de aanschaf van een GPS, weliswaar had ik me goed voorbereid, van alle landmarks een foto, detailkaart(en) en geschreven route aanwijzingen, maar dat moet wel allemaal zicht-en leesbaar in de tanktas, dus steeds kaarten reorganiseren ... uitlopende printer-inkt in de regen en al dat soort dingen .....

Over reizen met Wim kan ik niet positief genoeg zijn en dat schrijf ik niet om hem nou eens even een veer in de kont te steken, dat is de objectieve waarheid. Over zijn navigatie heb ik het al gehad. Hij is bovendien een zeer ervaren en uitmuntend motorrijder. Tijdens pauzes en avonden ontpopt hij zich als een geanimeerd verteller, 'k heb me geen moment verveeld. Daarnaast is hij gezegend met een geweldige dosis geduld. Regelmatig zit hij zachtjes zingend zijn ziel in lijdzaamheid te bezitten als ik weer eens zit te klungelen met m'n tent, te prutsen aan m'n motor of te teutelen met m'n landkaarten en route beschrijvingen. Dus Wim, vanaf hier nogmaals ... bedankt voor alles, het was subliem!
Op deze reis zette ik 3516 km op de teller, bezocht 24 landmarks die samen goed zijn voor 455 punten.
Dat brengt mijn totaal voor de Landmark Rally nu op 6357 km, 47 landmark, samen precies 700 punten.
Terug naar mijn MGCN Landmark Rally 2007 Startpagina Landmark Rally 2007 site van Wim Janssen